De cold case van Jeanette Sip - Rotterdam - 13-06-1999

Op zondag 13 juni 1999 doet een voorbijganger van de Vierhavenstraat in Rotterdam een schokkende ontdekking als hij het dode en verminkte lichaam ziet liggen van een vrouw. De politie is al gauw ter plaatse en begint meteen een onderzoek naar de gruwelijke moord. 

De identiteit wordt de volgende dag door de vader van de vrouw bevestigd. Het gaat om de 26-jarige Jeanette Sip uit Nijmegen. Een lieve, zachte vrouw. Een dochter. Een zus van iemand. Maar ook iemand die al tien jaar lang verslaafd was aan heroine, en haar verslaving bekostigde door als tippelaarster seksuele diensten aan te bieden op tippelzones in het hele land.

Over Jeanette Sip
Jeanette werd op 16 april 1974 geboren, en groeide samen met haar zusje op in Nijmegen. Als puber had de Nijmeegse de droom om kapster te worden. Maar die droom viel in duigen toen ze 16 jaar oud was, en verkering kreeg met een jongen die drugs gebruikte, en het naar verluid ook zou dealen. Geen wiet of andere softdrugs, maar heroine. Jeanette kreeg al snel de verkeerde vrienden en raakte verslaafd aan de hard drugs. Ze kwam steeds minder thuis en belandde in de prostitutie. Ze werkte als tippelaarster in Utrecht, Amsterdam, Rotterdam, Groningen en waarschijnlijk op nog een aantal andere plaatsen. Het contact met haar ouders nam in de loop der jaren steeds meer af, mede omdat Jeanette besefte hoeveel pijn ze haar familie deed met haar verslaving en gevaarlijke leven als prostitué. Ze bleef echter wel trouw verschijnen op feestdagen en verjaardagen, en kwam dan ondanks al haar perikelen naar Nijmegen om haarzelf van haar beste kant te laten zien. Met haar zusje had ze volgens haar moeder nog wel geregeld contact.

Op haar laatste verjaardag op 16 april 1999 kwam Jeanette niet opdagen in Nijmegen, en haar familie hield de cadeautjes en kleding die ze voor haar had gekocht maar noodgedwongen apart, om die op een andere dag te kunnen overhandigen. Die dag kwam er niet meer van. Drie maanden na haar 26ste verjaardag werd Jeanette dood langs het spoor gevonden aan de Rotterdamse Vierhavenstraat. Ze bleek op een zeer gewelddadige wijze omgebracht. 

Politieonderzoek
De politiemedewerkers zullen ondanks hun ervaring ongetwijfeld zijn geschrokken toen ze het lichaam van Jeanette zagen liggen. De dader had met een slagersmes zo erg op de borst en hals van de nog maar 48 kilo wegende vrouw ingehakt, dat haar hoofd bijna los van haar romp lag. In de zoektocht naar de moordenaar ontdekt de politie dat Jeanette haar klanten voornamelijk op de G.J. de Jonghweg in Rotterdam ontmoette. Een tippelzone die sinds 1984 werd gedoogd en was afgebakend. Een drukbezochte plek waar weinig tot geen controle was, en waar prostituees en dealers weinig te vrezen hadden van de politie. 

Het werd voor de recherche een lastige opgave om getuigenverklaringen te verzamelen op zo'n plek. Dealers lieten uiteraard niet veel los tegenover 'de smeris', en verslaafde hoertjes hadden zelf al problemen genoeg. Die konden zich over het algemeen onmogelijk bekommeren om andermans problemen. Bovendien achtte de politie verklaringen van verslaafden niet als betrouwbaar. En dan had je nog de klanten. Een groep mannen, gedeeltelijk getrouwd, gedeeltelijk liefhebber van extreme seks, gedeeltelijk betalende met drugs. Deze mannen stonden er ook niet om bekend zich snel te melden als getuige. 

Toch moesten er mensen zijn die meer wisten. Bij wie stapte Jeanette geregeld in de auto? Welke hoerenloper stond bekend als een vreemde eend in de bijt? Voor wie moesten de meiden altijd extra oppassen? De antwoorden op deze vragen hadden wellicht kunnen helpen een stapje dichter bij de dader te komen. Maar de politie kwam helaas niet ver in het onderzoek. Het wereldje waar Jeanette zich in had begeven was levensgevaarlijk, en misschien wel de moeilijkste plek om een moord op te lossen. Deze aanname wordt bevestigd als we naar de cijfers kijken. In 2011 zijn er maar liefst 85 prostitutiemoorden onopgelost. De moord op Jeanette leek daar ook één van te worden.

Verdachte opgepakt
Begin april 2017, bijna twintig jaar na de moord, krijgen de nabestaanden van Jeanette te horen dat er een verdachte is opgepakt. Op 4 april arresteerde de politie de Schiedammer Albert B. Hij kwam in beeld na een doorbraak in de DNA-databank van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI). Niet direct voor de moord op Jeanette, maar wel op twee andere verslaafde prostituees.
-later bleek dat één van hen (M. Hofland) geen prostitué was, maar een dakloze vrouw-. Het openbaar ministerie verdenkt hem in de eerste instantie van de moorden op Berendina Stijger (1990) en Maria Hofland (1991). Op beide lichamen was sperma gevonden, en na veel werk te hebben verzet kon het NFI deze sporen linken aan de Schiedammer.

Het Openbaar ministerie vermoedde dat Albert B. niet alleen deze twee vrouwen had vermoord, maar dat hij ook schuldig was aan de moord op nog drie andere vrouwen, waaronder ook die op Jeanette Sip. Bij de vijf moorden waren opvallend veel, specifieke overeenkomsten. Zo was er bij vier van de vijf vrouwen de keel doorgesneden, en waren zij slachtoffer van een bepaalde manier van aanranding (verkrachting). Overigens hadden vier slachtoffers gemeen met elkaar dat ze tippelaarsters waren. Albert B. ontkende ook maar iets te maken te hebben met deze misdrijven, maar kon niet verklaren hoe zijn sperma op het lichaam van Stijger en Hofland was gekomen. Cold case team Rotterdam onderwierp hem aan een serie stevige verhoren.

Opgelost?
De media wist bijna zeker dat de arrestatie van Albert B, de moord op Jeanette zou oplossen en interviewt in 2017 de inmiddels afgetakelde, maar nog altijd sterk in haar schoenen staande moeder. Ze steekt op de beelden een kaarsje aan bij de enige goede foto die ze van haar dochter heeft, en verteld dat ze de moord nooit heeft kunnen afsluiten. Ze pakt een doosje uit de kast, en haalt er een aansteker, pakje Marlboro, een pijpje en een briefje uit. De enige spulletjes die haar dochter ten tijde van de moord bij zich had. De politie had kort na de moord twee briefjes van Jeanette gevonden die ze in juni 1999 aan haar ouders had gericht, vlak voor haar dood. 

‘Lieve papa, mama, Christel, Manuel en Frank. Hier een briefje van Jeanette. Hoe gaat het met jullie? Met mij gaat het niet zo goed. Mama, ik moet weg uit Rotterdam, want het is een veel te harde stad. Lieve papa en mama, schrik niet, maar ik weeg nog maar 48 kilo. Mama, wat moet ik doen? Ik weet het niet meer. Ik loop bijna iedere dag met gedachten om een eind aan mijn leven te maken. Ik weet dat ik jullie er veel verdriet mee doe. Maar mama, ik weet geen uitweg meer.’

De moeder van Jeanette zegt het bijna niet te kunnen geloven dat ze de dader nu eindelijk hebben. Zou het echt zo zijn? Waarom moest ze dood? Waarom op zo'n manier? Vragen waar ze al die jaren mee in haar maag heeft gezeten. Ze verwijt zichzelf dat ze de dood van haar dochter niet heeft kunnen voorkomen. Het zijn trieste, emotionele beelden. De moeder laat weten de moord op Jeanette heel misschien eindelijk te kunnen afsluiten als de verdachte wordt veroordeeld. Maar dat is afwachten.. 

Veroordeling / vrijspraak
In december 2017 meldde de media dat Albert B. de moordenaar van Jeanette niet was. Tevens zou hij de moord op Mientje van Balkom (1989) niet op zijn geweten hebben. Uit onderzoek zou zijn gebleken dat de sporen die bij de twee slachtoffers waren gevonden van andere mannen dan B. waren. Het ging daarbij om o.a. sperma in een condoom en in de vagina. 

Albert B. werd In oktober 2018, zo'n anderhalf jaar na zijn arrestatie, veroordeeld tot 18 jaar cel voor de moord op Bernadine Stijger (45) en Francisca Hofland (22). Er bleek niet genoeg bewijs te zijn om hem te straffen voor de misdrijven die zijn gepleegd op de andere drie slachtoffers, waaronder ook Jeanette Sip. Op 10 juni 2020 werd B. door het gerechtshof definitief veroordeeld tot 18 jaar gevangenisstraf. De moord op o.a. Jeanette bleef daardoor onopgelost.

Tips en Informatie
Na al die jaren blijft het misdrijf vooralsnog een cold case. De nabestaanden van Jeanette zijn nog altijd dag en nacht bezig met de zaak, en zij verdienen eindelijk antwoord op hun vragen. Zij en Jeanette verdienen gerechtigheid. Wij hopen dan ook dat er mensen zijn die ons in vertrouwen willen nemen door hun verhaal, informatie of tip te delen via ons (anonieme) tipformulier. 

Bij wie stapte Jeanette vaak in de auto? Welke klant stond bekend als gevaarlijk? Had ze vijanden of conflicten? Denkt u antwoorden te hebben op deze, of andere vragen, twijfel dan niet en kom nu in contact. 

Neemt u (anoniem) contact op met onze redactie.
Wij nemen zorgvuldig de tijd voor uw informatie en zorgen er op betrouwbare wijze voor dat het op de juiste plek terecht komt. U kunt uw verhaal kwijt via onderstaand formulier. Blijft u graag anoniem? Laat dan de contactgegevens-velden leeg.

U kunt ook e-mailen naar info@coldcasezaken.nl.

Help mee en deel deze pagina. Volg ons ook op onze kanalen

Stichting Coldcasezaken maakt gebruik van informatie uit open bronnen en onze pagina's zijn meestal een mix van (nieuws)berichten die wij zo veel mogelijk in onze eigen woorden vormgeven op de website. We maken vaak gebruik van artikelen uit nationale kranten(archieven) van o.a. De Telegraaf, het AD, Trouw, De Volkskrant, het Parool, NRC  etc. Voor een complete lijst van onze bronnen verwijzen wij u graag naar deze pagina

Indien u van mening bent dat er teksten of afbeeldingen in strijd zijn met het intellectueel eigendom dan verzoeken wij u om contact op te nemen. Op geen enkele wijze wordt door ons platform bewust onrechtmatig gebruik gemaakt van het intellectueel eigendom van anderen en betrachten wij uiterste zorgvuldigheid. De stichting is een non-profit organisatie en leunt volledig op vrijwilligers.